Leven met een beperking maakt je kwestbaar
Journalist Kurt Vandemaele interviewde Piet Devos voor de krant van West Vlaanderen naar aanleiding van het verschijnen van onze eerste Podcast bij De Windstoot. Hieronder het volledige artikel.
Piet Devos is schrijver, literatuurwetenschapper, vertaler Frans-Spaans, Kortrijkzaan en … blind. Freelancejournalist Dirk Vandenberghe haalt hem acht afleveringen lang voor zijn microfoon in de podcast ‘Windstoot’ waarin Devos iedere week acht literaire werken bespreekt die de menselijke kwetsbaarheid aankaarten.
De podcast, die nu te beluisteren is via Spotify en andere apps, kadert binnen het project Het Narrenschip van de Kortrijkse vzw Wit.h.
Een term ontleend aan filosoof Michel Foucault die erop wees dat wie anders was of van de norm afweek in de middeleeuwen op een boot werd gezet om ervan af te zijn. Hiermee wil de vzw onder meer de boodschap meegeven dat er nog altijd mensen zijn die geen stem hebben in onze maatschappij. Piet Devos laat alvast geen kans voorbijgaan om zijn stem te laten horen. Hij maakte voor het project Bloedtest al een videoreeks voor Wit.h. Samen met Dirk Vandenberghe maakt hij voor Wit.h nu de podcast Windstoot. “We wisten al van elkaars bestaan af. Mijn vader Gie Devos is de oprichter van het Penhuis, dat al jaren literaire en filosofische ontmoetingen organiseert. Dirk is er soms interviewer van dienst”, vertelt Piet, die zelf ook bestuurder is bij het Penhuis.
Blind als kind
“Leven met een beperking maakt je kwetsbaar”, zegt hij. “Als ik bijvoorbeeld alleen op stap ben in een station en ik moet de weg vragen aan iemand, dan moet ik die persoon wel vertrouwen. Ik ben de eerste om te zeggen dat de meesten wel te vertrouwen zijn, maar je voelt je toch kwetsbaar. Dat is een gevoel dat ik al veel langer ken. Ik ben als kind blind geworden door oogkanker, netvlieskanker. Ik werd toen meteen heel erg overgeleverd aan het ziekenhuis en de artsen. In die tijd was er nog weinig aandacht voor kinderpsychologie. Ik werd zonder mijn ouders van het ene onderzoek naar het andere meegesleept. Eigenlijk waren die ervaringen in het UZ Gent destijds traumatischer dan het blind worden zelf. Dat alleen zijn, je totaal overgeleverd en een beetje verlaten voelen, dat geeft je een heel kwetsbaar gevoel. Als je dat als vijfjarige meemaakt, laat dat sporen na. Vandaar ook dat ik in de literatuur vaak op zoek ga naar verhalen die iets doen met dat gevoel. Dat helpt me om vat te krijgen op die ervaringen.”
Vorig jaar in mei kreeg Piet te horen dat er een heel agressieve tumor was gevonden in zijn rechter bovenkaak. “Ik ben in juni geopereerd en meteen wist ik weer hoe kwetsbaar ik ben. Gelukkig is de prognose heel goed. Het was wel een heel zware ingreep. Een kaakreconstructie en ook weer tweemaal bestraling gehad in het UZ Leuven. Ik zat weer in die kwetsbare positie, maar op een heel andere manier dan destijds. Ik ben nu volwassen en de relatie tussen arts en patiënt is enorm veranderd. Je wordt veel beter geïnformeerd, er is veel meer aandacht voor de psychologische kant. Ik ben daar erg goed opgevangen. Maar tegelijk ben ik nog maar 37. Ineens ga je je afvragen: is dat hier nu afgelopen? Ik sta heel optimistisch in het leven, maar door die ziekte raakte ik waarschijnlijk veel sneller bewust van mijn sterfelijkheid.”
nog Werk aan de winkel
En wellicht daardoor was hij al vroeg veel rijper, veel leergieriger en had hij een grote honger naar nieuwe avonturen. Piet heeft een eigen site waarop je kunt zien wat hij heeft gedaan en waar hij nog mee bezig is. “Ik ben bezig aan een soort autobiografische essaybundel, maar daarnaast krijg ik ook opdrachten, zoals nu die podcastserie. Verder ben ik gastcurator van de expo De Wereld binnen Handbereik over de geschiedenis van het blindenonderwijs in België, die vanaf 3 mei in Leuven en vanaf 21 mei in het Arentshuis in Brugge van start gaat.” Een project ook waarbij zijn ervaringsdeskundigheid goed van pas komt. Dat is niet anders bij zijn bestuursfunctie in de Stedelijke Adviesraad voor Personen met een Handicap in Kortrijk.
“Ook hier in Kortrijk merk ik weer dat de cultuursector degene is die het meest mee wil. In de schouwburg heb ik audiodescriptie op de kaart kunnen zetten. Alexander, de directeur, is zelf rolstoelgebruiker, dus die man is mee in dat verhaal. Maar in het verkeer ligt dat anders. Daar wijzen stad en gewest vaak naar elkaar. Ik heb tien jaar in Nederland gewoond. Daar zijn alle verkeerslichten uitgerust met rateltikkers, zijn alle stations uitgerust met geleidelijnen. Er is braille op de relingen van de trappen van de stations waardoor je weet welk spoor het is. Onbegrijpelijk dat dit hier nog niet kan. Ook bij De Lijn is er nog heel wat werk aan de winkel. Zo worden de haltes hier bijvoorbeeld niet omgeroepen.”
Alle mensen zijn gelijk, maar tegelijk zijn we ook allemaal verschillend, anders. ‘Anders’ zoomt in op mensen die bewust of onbewust afwijken van de norm.
Noem ze ‘buiten gewoon.’
Onbegrijpelijk dat dit hier nog niet kan!