Kenias
Op zaterdag 13 mei 2006 vond in de St. Ritakerk van Harelbeke de presentatie plaats van Kenias – het resultaat van de samenwerking tussen dichters Peter Holvoet-Hanssen en Kenny Callens, waarbij de Phoenixmythologie het niet dwingende uitgangspunt vormde.
Het is een druilerige ochtend in november als ik het artistieke nest van vzw With binnenstap. In een van de ateliers zitten Vogel Kenny en Vogeltje Holvoet op mij te wachten.
Hoe zijn jullie bij elkaar gebracht?
Peter: Een hele tijd geleden vond ik een brief van vzw With in de brievenbus. Daarin werd ik uitgenodigd om mee te werken aan een project rond de phoenixmythologie.
Kenny: Ik kreeg die brief ook.
Peter: Toegegeven: eerst stond ik een beetje weigerachtig tegen over het project. Er werd vermeld dat het een duoproject zou worden. Dat is niet zo eenvoudig. Zo’n project kan pas werken als er een klik is. Na een eerste ontmoeting met Kenny voelde ik die klik. Toen ik zijn gedicht Winkel mooi kostuum las, was ik er helemaal zeker van dat ik dit moest doen. Het is een gedicht waarvan ik wou dat ik het zelf geschreven had. Kenny, wil je het nog eens voordragen?
Kenny: (leest enthousiast zijn gedicht voor)
Wat was de reden dat precies jullie bij elkaar gezet werden?
Peter: Vermoedelijk komt dat omdat zowel Kenny als ik een passie hebben voor schrijven en voor optreden.
Kenny: Ik schrijf dagelijks poëzie. Dat sinds 2000. Daarnaast speel ik ook al 10 jaar toneel. Dit bij La Compagnie Folie (oorspronkelijk Pias – TD) in Oudenaarde.
Peter: Kenny schrijft heel veel. Elke keer als ik naar de Zandberg kwam om met hem te werken, had hij een nieuwe stapel gedichten.
Hoe begin je er dan aan om uit die berg de beste gedichten te puren?
Peter: Uit alle gedichten haalde ik de beste stukjes eruit. Het was nooit mijn bedoeling om de gedichten van Kenny te herwerken. Al was het niet altijd gemakkelijk om een gedicht te schrappen of uit de stapel te halen (kijkt naar Kenny)
Kenny: Peter is heel streng!
Peter: (lacht) Ik moest inderdaad voorzichtig onderhandelen met Kenny. Soms legde ik iets aan de kant wat hij heel jammer vond. Maar kunstenaars moeten nu eenmaal af en toe iets afbreken om opnieuw te bouwen. Mijn slagzin is dan ook: “Ik breek me af en ik bouw me op.”
Het doel van jullie samenwerking was oorspronkelijk om een nieuw verhaal te creëren op basis van de Phoenixmythologie. Jullie maakten er ook een heuse voorstelling van. Waarom?
Peter: Kenny en ik zijn in het ‘ware leven’ allebei verlegen, maar eens we op een podium staan, durven we heel wat. Het was logisch dat we onze acteursdroom uit de kast haalden.
Acteursdroom?
Kenny: Ik wil heel graag een échte acteur worden. Ik speelde al in enkele films. Zoals in Dracula. Ik zou graag eens een Vlaamse artiest spelen. Het lijkt me fantastisch om eens tussen mijn helden te staan: ik ben dol op Vlaamse muziek en soaps.
Peter: Ook ik koesterde ooit de droom om acteur te worden. Maar ik vond dat ik eerst wat ervaring moest opdoen. Als me bijvoorbeeld ooit gevraagd zou worden om een dokwerker te spelen, vind ik het noodzakelijk om te weten hoe het leven van een dokwerker is. Dus oefende ik verschillende beroepen uit om de nodige acteurservaring op te doen. Intussen is mijn acteursdroom niet meer zo levendig.
Kenny: Die van mij wel. Mijn droom is om eens een lieve held te spelen of mee te spelen in een heuse musical.
Over musicals gesproken. In jullie voorstelling zit ook een stukje musical. Maar er zit helaas geen dans bij. Is het dan wel écht musical?
Peter: O, dat is nog eens een idee… We moeten dringend een paar danspasjes instuderen…
Kenny: (lacht enthousiast)
Voor het project hebben jullie samen enkele teksten geschreven. Daarvan staat er maar één in de bundel. Ook staan er twee gedichten in de bundel die Peter voor Kenny heeft geschreven.
Peter: Gedicht voor Vogel Kenny werd trouwens onlangs nog door mijn kaperskapiteine Noëlla Elpers geïllustreerd als stripverhaal voor het tijdschrift De Zingende Zaag. Kijk, Kenny! Dit had je nog niet gezien. (toont het tijdschrift)
Kenny: (bekijkt trots de strip en leest de tekst hardop samen met Peter)
Wat heb je met ijs en chocola, Kenny?
Kenny: Elke zondag ga ik een Dame Blanche eten. Het leukste moment van de week.
In de voorstelling draag jij een mooi verenkostuum. Jij bent dan niet Kenny maar Kenias. Wie bedacht die naam?
Kenny: Ikzelf.
Peter: (knikt) Als vogel heet hij Kenias. Hij kan dan vliegen en ontsnappen aan deze wereld.
Wat voor vogel zou je dan graag willen zijn?
Kenny: Een zwaan of een meeuw.
En jij, Peter?
Peter: Ik hou het meest van de papegaaiduikers. Al moet ik toegeven er nog nooit één in het echt gezien te hebben…
Kenias sterft in de voorstelling maar wordt herboren. Kenny komt dan met een blote buik uit het ei en heet dan niet langer Kenias maar Kenny.
Kenny: (lacht) Ja, met mijn blote buik.
Peter: Kenny heeft de kunst nodig om zichzelf te worden. Hij is er uiteindelijk trots op om Kenny te zijn.
Jullie samenwerking is blijkbaar een succes. De dichtbundel gaat in tweede druk. Zijn er nog plannen in de toekomst?
Peter: We repeteren nu voor een herneming van de voorstelling op 15 december. Graag zou ik de voorstelling nog een paar keer opvoeren in Antwerpen. Meer nog: ik sluit helemaal niet uit dat we in de toekomst nog eens gaan samenwerken. Ik ben er zelfs van overtuigd dat dit nog gaat gebeuren.
Wat maakt deze samenwerking zo bijzonder?
Peter: Gedurende de periode dat ik met Kenny samenwerkte, heb ik zoveel geleerd. Door met hem te werken ben ik als het ware bevrijd van mijn dwanggedachten. Als je mijn gedichten leest, merk je dat ik de gedichten vaak in een bepaalde vorm duw. Momenteel werk ik aan een volgende dichtbundel. Ik merk dat mijn poëzie anders is geworden, eenvoudiger.
De gedichten van Kenny Callens in dit themablad zijn verschenen in de bundel ‘Kenias’
Tine Ducatteeuw